Waarom ik geen vaatwasmachine wil

(en ook geen friteuse, zwembad of iPhone)

Hé.
Lieverd.

Niet wenen, ik weet hoe het voelt: elke keer dat je een doel haalt zit je met je hoofd al bij het volgende. Heb je net 100 inschrijvers op je nieuwsbrief, wil je er 1.000. Heb je net 3.000 volgers op IG wil je er 30.000. Kijk maar naar @Amy Vandeputte (FastForwardAmy), die heeft er 63.500. Jij hebt dus een grote achterstand in te halen. Logisch dat je al moe wordt van de gedachte.

 

Misschien is het tijd om je definitie van succes te herzien. Kom, laten we het er eens rustig over hebben.

Want ga je nu echt gelukkiger zijn met 48.000 volgers?

Waarschijnlijk niet. Want diep vanbinnen weet jij óók dat als je eenmaal 50 bestellingen per maand hebt, dat je er dan 200 wil.

 

En tóch wil je ze. Het is nooit genoeg. Het houdt nooit op. Je bent als een windhond die achter een mechanische haas rent, op een eindeloos circuit. 

‘Je moet leren om niet altijd je zin te willen krijgen’

Toen ik 13 was kreeg ik een depressie. Omdat ik me thuis niet gewaardeerd voelde, ging ik overpresteren op school. 9/10 was niet genoeg. Ik moest 10/10 halen. Op álle vakken. In het middelbaar lukte dat niet meer. De haas smakte in volle vaart tegen mijn achterhoofd. 

 

Mijn ouders, mijn leerkrachten en mijn zorgverleners zeiden: ‘Je moet leren om niet altijd je zin te willen krijgen.’

 

Ik vind dat nog altijd een van de onnozelste uitspraken op deze planeet. Dat is net als tegen je kat zeggen: ‘je moet je niet altijd willen likken.’

 

En ja, die prestatiedrang zit nog steeds in mij. Als ik een doel heb zijn er twee mogelijkheden: of ik krijg mijn zin of I die trying – zoals 50 Cent.

Foto van rapper 50 Cent

Gij zult nooit tevreden zijn

Ik kan jaloers zijn op onze Europese korthaar: die ligt niet wakker van haar Twittervolgers, of dat ze het roodborstje in de tuin altijd op een haar na mist. Hoe mindful je ook probeert te zijn, je komt nooit op niveau Minoes. Onvervuld verlangen is iets typisch menselijks. Kijk maar naar al die winnaars van de Nationale Postcodeloterij, die 6 maanden later niet gelukkiger blijken te zijn.

Illustratie van drawingsofdogs.co.uk. De teckel ziet zijn broken en denkt: ‘Pedigree chum yesterday, Pedigree chum today, and I’d bet my life saving it’ll be Pedigree chum tomorrow … I fuking love Pedigree chum’.

Dat besef zorgde ervoor dat ik al tiener steeds minder dingen wilde. Een jeans van Miss Sixty, een iPhone, een broodrooster? Het zou me toch niet gelukkiger maken.

Dus

Ik shopte in afvalcontainers en ging in een herdershuisje in de Apuaanse Alpen wonen. Ik deed er zwaar en vuil werk. Eerst bij een beeldhouwer en dan op een boerderij. Allebei off grid.

En weet je wat?

Ik kon eindelijk slapen omdat ik te moe was om te piekeren. En ik kon eindelijk genieten van een warm bad omdat ik nog nooit zo vuil was. Geloof me, er is niks bevredigender dan het water oranje te zien kleuren van je harde werk. 

 

Ook nu woon ik in een gammel huurhuisje met een lekkende gootsteen. Ik wil geen vaatwasmachine, maar ik wil wel een dubbele gootsteen: een die je links kunt vullen met zeepwater en rechts met spoelwater. 

 

Totdat ik in 2019 weer in een Italiaanse berghut logeerde. Er was geen keuken, dus ik moest de vaat in de badkamer doen. Aan een stenen lavabo met een lage kraan, waaronder niet genoeg plaats was voor mijn koffiekop. Er braken stukjes emaille af. 

 

Eenmaal thuis was ik zó blij om weer te mogen afwassen in mijn twintig centimeter diepe, roestvrijstalen, enkele gootsteen met uitlekblad.

Dus?

Er is altijd iets om ontevreden over te zijn, je kunt alleen maar kiezen over wát. En als je het zelf kiest, is het al een stuk minder erg.

 

Bovendien: ik mag dan geen friteuse willen, maar ik eet wel graag lekkere frietjes. Ik eet ze gewoon elke zondagavond bij mijn oma. En daar kijken we allebei de hele week naar uit.

LEES MEER ...